Leidschendam, 2 juni 2015 – Het internet is cruciaal voor de ontwikkeling van onze economie. De vermoedens over het aftappen van Internet door onze buurlanden leidt tot verontwaardiging. Maar Nederland moet dan ook de hand in eigen boezem steken. Wat betekent een vrij, open en veilig internet werkelijk?
Uit de documenten die het Oostenrijkse parlementslid Peter Pilz vorige week heeft vrijgegeven valt af te leiden dat de Duitse inlichtingendienst BND 71 transit verbindingen op een prioriteitenlijst had staan. De suggestie wordt gewekt dat die verbindingen, waaronder verbindingen tussen Nederland en Duitsland, mogelijk zijn afgetapt.
Transit verbindingen zijn verbindingen in de diepste lagen van het internet. Ze hebben veelal een grensoverschrijdend karakter en verkeer over deze lijnen is dus per definitie internationaal. Door het brede gebruik van die verbindingen betreft het altijd verkeer en data van een vooraf onbekend aantal bedrijven en burgers.
Stichting DINL heeft weinig begrip voor de verontwaardiging die vanuit politieke kringen wordt geuit. Immers, ook in Nederland is onlangs nog uitbreiding van de bevoegdheden in het kader van de WIV (Wet op de inlichtingen- en veiligheidsdiensten) bepleit, die het afluisteren van Internet mogelijk maakt. Daarbij wordt geen onderscheid gemaakt tussen de soorten internetverbindingen. De minister heeft in het recente debat over de WIV, op vragen van PvdA kamerlid Jeroen Recourt, gezegd dat “niet de hele AMS-IX zal worden afgetapt”. Dat suggereert dat de minister zichzelf precies dezelfde bevoegdheden wil toekennen als die nu uit de beschikbaar gekomen informatie naar voren komt, namelijk het kunnen afluisteren van verbindingen in de diepste lagen van internet.
DINL deelt de zorg over het afluisteren in het “diepe internet”. Dat is per definitie een grove methode waarbij eenvoudig en ongericht informatie van heel veel burgers en bedrijven kan worden verzameld. Dat is schadelijk voor het vertrouwen van consumenten en bedrijven en daarmee schadelijk voor de economie. DINL wijst erop dat in het algemeen aftappen en ingrepen in de kern van het internet deze effecten hebben: de schade aan het vertrouwen en de economie is al snel groot en het effect op de nationale veiligheid wordt nooit goed onderzocht en onderbouwd.
DINL wijst op het recent uitgebrachte rapport van de WRR, dat bepleit om de kern van het internet, de digitale infrastructuur, te beschouwen als een publiek en beschermd goed. Een open, vrij en veilig internet dat vrij is van ingrepen van overheden, is essentieel voor innovatie, een goed werkende informatiemaatschappij en toekomstige economische groei. Dat was ook de kernboodschap van minister-president Mark Rutte op de opening van de internationale Cyberspace conferentie die onlangs in Den Haag werd gehouden.
DINL adviseert de overheid om naar de essentie van dit rapport en de uitspraak van de minister-president te handelen, af te zien van ingrepen in en het aftappen van de diepste lagen van het internet, en het voortouw te nemen bij een internationale visie op bescherming van de digitale infrastructuur.